Wat is een homeopathisch geneesmiddel?
De twee centrale principes van de homeopathie gaan terug op Samuel Hahnemann. Ten eerste is er het principe van de gelijkheid tussen het ziektebeeld en het geneesmiddel (het simile-principe). Ten tweede hebben we het principe van de werkzaamheid van sterk verdunde of gepotentieerde (of “gedynamiseerde”) geneesmiddelen.
Om een voorbeeld te geven: stel dat een bepaalde substantie bij een gezond mens die deze stof in te grote dosis inneemt bepaalde ziektesymptomen veroorzaakt, dan zal deze zelfde stof genezend kunnen werken bij een ziek mens die dezelfde symptomen vertoont, op voorwaarde tenminste dat deze stof zeer sterk verdund én gedynamiseerd is. Er wordt dan bijvoorbeeld Belladonna voorgeschreven; en dit kan dan in verdunningen die aangepast zijn aan de actuele situatie van de patiënt.
In de antroposofische geneeskunde wordt, wat toepassing van de homeopathie betreft, vooral gewerkt met wat we de “lagere” verdunningen noemen. Voor een antroposofisch arts is bijvoorbeeld een D4 een echt lage verdunning, een D12 een middenpotentie en een D30 een hoge potentie. Homeopathische artsen schrijven ook veel sterkere (hogere) verdunningen voor.
HOMEOPATHIE
De reguliere wetenschappelijke wereld verwerpt de mogelijkheid dat homeopathisch gedynamiseerde (of 'gepotentieerde') middelen ook maar enige werkzaamheid in het organisme kunnen hebben. Zij doet dit op basis van het reductionistisch natuurwetenschappelijk paradigma.
Een paradigma is een algemeen kader, waarbinnen de wetenschappelijke wereld denkt en onderzoek doet. Sinds bijna twee eeuwen is dit de gedachte dat aan alle verschijnselen in de wereld, zowel op het fysieke niveau (zwaartekracht, kleurverschijnselen, enz...) als op het niet-fysieke niveau (dus ook de menselijke gedachten, gevoelens, wilsbesluiten), enkel en alleen fysieke en chemische krachten ten grondslag liggen. Alle verschijnselen worden dus gereduceerd tot puur 'natuurwetenschappelijke' wetmatigheden. In deze manier van kijken wordt de wereld alsmaar verder verdeeld in 'deeltjes', bijvoorbeeld atomen, elektronen, ...
Ondertussen zijn er echter een andere theorie en onderzoeksveld ontstaan: de kwantumfysica. Hierin erkent men dat de idee van 'deeltjes' niet houdbaar is, maar heeft men het eerder over energie (informatie) die als het ware oscilleert tussen 'deeltje-zijn' en 'golf-zijn'. Vanuit deze theorie is misschien wél een (begin van) verklaring mogelijk over hoe homeopathische middelen een werkzaamheid in het menselijk organisme kunnen hebben. Van Prof. PETER HEUSSER et al. verscheen daarover een artikel in de Merkurstab (nr nov-dec 2021), het tijdschrift van de Duitse antroposofische artsenvereniging (GAÄD):
https://www.anthromedics.org/DMS-21426-DE
(artikel in pdf: te betalen voor niet-abonnees)